Beverwijkerstraatweg blijft knelpunt voor spoor

DEN HAAG - De spoorwegovergang bij de Beverwijkerstraatweg blijft een knelpunt in de plannen om meer treinen te laten rijden tussen Alkmaar en Amsterdam. Een ongelijkvloerse kruising is niet in zicht, waardoor er naar alternatieven voor de dienstregeling wordt gezocht. Het ministerie van Infrastructuur laat in antwoorden op vragen van de Tweede Kamer weten dat er wordt gekeken naar de dienstregeling tussen Haarlem en Uitgeest.

Al jaren is het voornemen om meer treinen te laten rijden tussen Alkmaar en Amsterdam. Voor de veiligheid is het noodzakelijk om de spoorwegovergang bij de Beverwijkerstraatweg, vlakbij het station, aan te pakken. Een ongelijkvloerse oplossing is nodig voor een oplossing waarmee het aantal treinen fors omhoog kan. Door de stikstofproblemen en het uitblijven van geld, is het niet mogelijk om te komen tot een structurele oplossing, schrijft de staatssecretaris.

Om de plannen voor meer treinen tussen Alkmaar en Amsterdam uit te kunnen voeren, werken NS en ProRail aan alternatieve opties in de dienstregeling. De staatssecretaris schrijft dat de opties mogelijk gevolgen hebben voor de treinen tussen Haarlem en Uitgeest. Met de gemeenten in de regio worden gesprekken gevoerd over deze varianten, zo schrijft de staatssecretaris. Opvallend is dat gemeenten en de provincie eerder nog bezwaar maakten tegen het niet terugkeren van de spitsintercity tussen Alkmaar en Haarlem in de nieuwe NS-dienstregeling voor 2024.

Andere aanpassingen die nodig zijn aan het spoor tussen Alkmaar en Amsterdam zijn het aanpassen van station Uitgeest, het veiliger maken van 18 overwegen, het aanleggen van een opstelterrein voor treinen in Heerhugowaard, het aanpassen van het opstelterrein in Alkmaar en geluidsmaatregelen. De staatssecretaris ondertekende het besluit afgelopen dinsdag. Als het besluit in 2024 definitief is geworden, kan ProRail beginnen met de aanbesteding van het project.